Search This Blog

Monday, September 17, 2007

Alledaagse jaren zeventig terreur

Een voorbeeld dat hilarisch zowel als ontnuchterend de omslag van de ‘alles-moet-kunnen’ zomerperiode van 1971-1977 naar een ruzie-achtige herfstperiode daarna weergeeft.
In de succesvolle film 'Een vrouw als Eva' krijgt Monique van de Ven het benauwd in de sleur van het gezinsleven met een werkende man (Peter Faber) en twee kinderen. Geheel in jaren zeventig-stijl gaat ze op zoek naar zichzelf. Ze ontmoet Liliane (Maria Schneider) en wordt verliefd. Ze verkent de vrouwenbeweging, verliest haar kinderen die worden toegewezen aan haar man en besluit uiteindelijk toch niet in de trein richting Frankrijk te stappen, mee met Liliane. In het laatste shot staat ze eenzaam op het perron: alleen, maar wel omdat zij daarvoor heeft gekozen.

Het maken van de film is een fraai voorbeeld van de strijdpunten uit die tijd, waarin maatschappijkritisch geweld tamelijk normaal werd gevonden: Van Brakel had bedacht dat het leuk zou zijn om een scène op te nemen tijdens een vrouwenfestival in het Amsterdamse Bos. Laurie Langenbach maakte voor Panorama een reportage en kwam middenin de schermutselingen terecht:

‘Als ik aankom op de plek waar gefilmd gaat worden, hoor ik dat de geluidsapparatuur is gestolen. Men vermoedt sabotage. Er is al een auto op weg naar de stad om nieuwe spullen te halen. Intussen bouwt de ploeg het podium waarop Maria Schneider straks moet zingen. Omdat de organisatie geen toestemming geeft om met een auto het terrein op te rijden, moeten de onderdelen van het podium te voet over een afstand van minstens een kilometer vervoerd worden. Het duurt twee uur voordat het podium af is. [...] Uit de menigte klinkt ineens geschreeuw op. “Geen misbruik van het vrouwenfestival” klinkt het en masse en tot mijn verbijstering neemt het ingehuurde koortje de leuze rap over. Pas enkele seconden later dringt het tot mij door dat ik hier niet met sympathiserende figuranten van doen heb, maar dat het podium doodleuk bezet is door, zo verneem ik veel later, het Lesbies Front. [...] Plotseling ontstaat er een dreigende beweging op en rondom het podium en er klinkt een massaal bloeddorstig gekrijs. Even later zie ik een aantal vrouwen wegrennen met een onderdeel van het podium tussen zich in. Ik loop op de regisseuse af, pak haar arm beet en zeg: “Nouchka, ze breken het podium af!” De tranen schieten in haar ogen terwijl ze het ongelofelijke tafereel gadeslaat: binnen een paar minuten is het werk van twee uur met de grond gelijk gemaakt. Een paar vrouwen willen nu de zeer kostbare camera te lijf. De cameravrouw legt er beschermend haar hand op. Ze krijgt daarvoor een flinke stomp in het gezicht. “Zijn jullie gek geworden?” roept ze uit. “Ik ben ook een vrouw!” Steeds meer vrouwen stromen toe om onderdeel te nemen aan het onverwachte entertainment, er worden vuisten gebald, er wordt geschreeuwd, kabels worden doorgeknipt. Een aan wellust grenzende zucht naar geweld en vernieling verspreidt zich, er is hier duidelijk sprake van een opkomende massahysterie. [...] Omdat het enige alternatief is met honderden dolgeworden wijven op de vuist te gaan, besluit de ploeg ermee te kappen en zich terug te trekken naar De Bosbaan.’

Twee punten van ongenoegen lagen ten grondslag aan het plotselinge oproer. Ten eerste: het misbruiken van een vrouwenfestival voor ‘commerciële doeleinden’. Ten tweede: hoofdrolspeler Van de Ven is geen lesbienne. Van de Ven zelf relativeert dat direct maar even: “Toen ik Turks Fruit speelde leed ik ook niet aan een hersentumor.”

No comments: